Nieuws · 14 mrt 2025

In gesprek met docent Marc Maartens: “Beleidsadviseurs smachten naar kennis over actieve mobiliteit”

Inzetten op lopen en fietsen staat steeds vaker hoog op de agenda van overheden. Gezonde en groene mobiliteit krijgen voorrang, en dat is precies waar het STOMP-principe om draait. Binnen de Post-hbo opleiding Verkeerskunde is daarom een verdiepende lesmodule over dit onderwerp opgenomen. Met succes: “Je merkt dat beleidsadviseurs smachten naar kennis over actieve mobiliteit,” zegt docent Marc Maartens, docent van DTV Academy.

Gemeenten gaan steeds vaker op zoek naar vormen van mobiliteit die bijdragen aan de leefbaarheid van hun stad en de gezondheid van haar inwoners. Volgens het STOMP-principe (Stappen, Trappen, Openbaar vervoer, MaaS en de Privéauto) komen ze dan uit bij de top van die ordeningspiramide: bij lopen en fietsen. De feiten spreken dan ook voor zich: voetgangers en fietsers benutten de beschikbare schaarse ruimte beter dan bijvoorbeeld het OV en de auto, terwijl ze bovendien gezond bezig zijn. Ongeveer 30 minuten fietsen staat gelijk aan 30 minuten langer leven.

Actieve mobiliteit

“Als je fietst, verlies je geen tijd”, zegt Marc Maartens met een knipoog. De docent Verkeerskunde bij DTV Academy merkt dat overheden het momentum zien voor actieve mobiliteit. “De afgelopen vijf jaar is het aantal kilometers te voet met 50% toegenomen.” Waar fietsbeleid al langer in de lift zit, is looproutebeleid met stip gestegen binnen gemeentelijke mobiliteitsprioriteiten. “Vroeger noemden we lopen en fietsen langzaam verkeer. Inmiddels is actieve mobiliteit een betere term. Want langzaam is het al lang niet meer. De e-bike of speedpedelec concurreert op snelheid écht met het OV en de auto, zeker in de inmiddels gangbare 30- en 50 km/u zones.”

Module ‘Stappen en trappen’

Binnen de Post-hbo opleiding Verkeerskunde van DTV Academy verzorgt Marc al ongeveer 25 jaar de module Openbaar vervoer. Tegenwoordig doceert hij ook over ‘Stappen en trappen’. In één dagdeel komen de hoofdlijnen en toepassingsgebieden van actieve mobiliteit voorbij. “We besteden onder andere aandacht aan doorfietsroutes, het looproutebeleid en andere trends. Hoe pak je dat met infrastructuur aan? Maar ook gedrag speelt een belangrijke rol. Het moet wel aantrekkelijk zijn om te lopen en fietsen. Zo nodigt een straat met saaie kantoren minder uit tot een wandeling dan straten die zijn gevuld met winkels of groen. En het helpt ouderen en mindervaliden als ze op brede stoepen kunnen wandelen zonder obstakels.”

De fiets op

Als docent is Marc niet van de ‘saaie’ presentaties. Interactiviteit werkt veel beter, merkt hij in de praktijk. “Niemand heeft zin om lange stukken tekst te lezen. Ik stel vragen en dan gaan we met elkaar in discussie. Tijdens de colleges zie je de kwartjes dan opeens vallen.” Die hands-on benadering komt ook terug in de afsluiting van het cursusblok. Marc stapt dan met de cursisten – vaak bevlogen mobiliteits- en beleidsadviseurs aan het begin van hun carrière – samen op de fiets voor een leerzame tocht door Utrecht.

“In de Domstad kun je eigenlijk alles vinden wat ook in de opleiding zit. We maken een route langs de eerste fietsstraat, het drukste fietserskruispunt van het land, de fietstunnels van de ‘Berenkuil’ en de grootste overdekte fietsenstalling van de wereld. Kortom, volop inspiratie om mee aan de slag te gaan in de eigen praktijk!”

Over Marc

Marc Maartens is naast docent Verkeerskunde aan de DTV Academy ook onafhankelijk dagvoorzitter. Hij is onder meer auteur van een handboek over openbaar vervoer en traint reizigersoverleggen voor reizigersvereniging Rover.